Tonny van Banning (1952) is werkzaam als Haptotherapeut in haar eigen praktijk sinds 2000.
Naast het werken aan de behandelbank gaat ze ook met cliënten in het water.
Tonny startte haar werkende leven als gymnastiekdocente en leerlingbegeleider. Ze werkte met jonge mensen van 6 tot 21 jaar. Ook gaf ze cursussen aan jongeren in het omgaan met faalangst, rouw en Motorisch Remedial Teaching.
De haptonomie kwam op haar pad door het lezen van “Het lichaam liegt nooit’ van Ted Troost. Waarin ze het begin vond van hoe om te gaan met de lijfsignalen die ze zag bij leerlingen en ook bij zichzelf begon waar te nemen.
De Haptotherapie-opleiding volgde ze in Doorn, ook een specialisatie voor Haptotherapie voor kinderen. Tijdens een nascholing vakinhoudelijk schrijven en publiceren met Els de Graaf schreef ze twee hoofdstukken in ‘ Gevoel voor leven’. Een over kanker en een over jongeren. Dat laatste leidde ertoe dat ze samen met collega’s Maaike van Leur en Gerrit Hammink ‘De puberparadox’ ( 2011) schreef.
Daarnaast beeldhouwt Tonny in harde steen. De trilling van de steen tijdens het hakken en vormgeven resoneert in haar. En brengt haar in contact met dieper gelegen zielenroerselen. Het is alsof de steen een zachte vorm van weten fluistert en daarmee haar gemoed in een diepere laag raakt en richting geeft.
Bij STHwater werd Tonny zich pas bewust van die diepere laag waar ze door allerlei overlevingsmechanismen niet bij kon. In de veilige omgeving van het warme water, met de docenten en de mede-cursisten ontwikkelde ze het gereedschap om daar wel te voelen en mee in verbinding te blijven.
In de eerste module ‘Jij en het water’ werd pas duidelijk hoe vroeg in het leven Tonny zelf moest overleven. Door die veilige omgeving kon ze zich verbinden met allerlei angsten die op geslagen waren en er de woorden voor vinden zodat ze die gevoelens ook met anderen kon delen. Alle modules samen zijn een helend proces geweest. Gewaar worden, daarover belevingsverslagen schrijven, daarop bevestiging en feedback krijgen. Als ook duiding met hulp van adequate theorie. Dat alles samen hielp haar om zich verder affectief te ontwikkelen.
Het hele proces bij STHwater bracht haar een diepgaande verrijking als mens en als therapeut. Sinds het najaar van 2022 is ze na een stageperiode van twee jaar als docent verbonden aan het STHwater.